Foto: Pexels
Foto: Pexels

Automobilisten zijn duurder uit in 2023

Achterhoek Auto

NEDERLAND – Ook met ingang van 2023 is er weer het nodige veranderd op het gebied van belastingen die automobilisten moeten betalen, en dan overwegend in de richting van meer betalen. De tijdelijke dempende brandstofaccijnsverlaging vervalt en belastingtarieven gaan omhoog, zowel de motorrijtuigenbelasting (wegenbelasting) als de bpm (belasting van personenauto’s en motorrijwielen). Dus zowel de gebruiksbelasting als de aanschafbelasting wordt duurder. Wat betreft de wegenbelasting behoort Gelderland tot de provincies die het provinciale tarief verhogen, naast de verhoging die het Rijk doorvoert voor het hele land. Ook de fiscale bijtelling voor elektrische auto’s (EV’s) wordt minder ruimhartig.

Meer bijtelling voor EV’s duurder dan 30.000
Wie met een auto van de zaak ook privé rijdt, betaalt bijtelling. Voor conventionele auto’s (die CO2 uitstoten) moet men 22 procent van de cataloguswaarde van de auto optellen bij het belastbaar inkomen. Voor elektrische auto’s geldt een gereduceerd percentage, maar dat wordt de komende jaren afgebouwd. Het bijtellingspercentage voor EV’s is in 2023 weliswaar nog hetzelfde als in 2022, namelijk 16%, maar vanaf 1 januari geldt dat gereduceerde bijtellingspercentage alleen nog over de eerste 30.000 euro van de cataloguswaarde, en niet meer over de eerste 35.000 euro. Over de waarde boven de 30.000 moet de volle 22 procent betaald worden. Voor auto’s op waterstof geldt het gereduceerde tarief ook in 2023 nog wel over de volledige cataloguswaarde.

Hogere motorrijtuigenbelasting (mrb)
Ook de periodieke belasting die een automobilist moet betalen (vaak wegenbelasting genoemd) gaat omhoog. Voor het deel dat naar de staat gaat, stijgen de tarieven met 4,75 procent. Zes van de twaalf provincies hebben per 1 januari een verhoging doorgevoerd: Groningen, Gelderland, Utrecht, Zuid-Holland, Noord-Brabant en Limburg. Voor bezitters van een EV gelden de verhogingen overigens niet, want die hoeven ook dit jaar geen mrb te betalen. Voor plug-in hybride aangedreven auto’s (PHEV’s) geldt ook in 2023 de helft van het reguliere tarief.

Hogere bpm
Ook de bpm, te betalen bij aanschaf van een auto, is ten opzichte van 2022 gestegen. Die hangt samen met de CO2-uitstoot per kilometer van de auto. Voor EV’s geldt dan ook een vrijstelling van bpm bij aanschaf. Het te betalen bedrag is afhankelijk van de uitstootschijf waarin de auto valt. De grenzen van die schijven zijn voor 2023 verlaagd, dus een auto valt eerder in een hogere schijf. Daarnaast gaan de tarieven voor elke schijf per 1 januari met 2,35 procent (exclusief een inflatiecorrectie van 6,3 procent) omhoog.

Naast het bedrag per hoeveelheid CO2, gaat ook de vaste voet (het vaste deel van de bpm per uitstootschijf) omhoog. Gold in 2022 dat voor PHEV’s de vaste voet niet betaald hoefde te worden, vanaf 1 januari moet dat ook voor die categorie. Op termijn zal er ook voor EV’s een vaste voet worden ingevoerd.

Hogere brandstofaccijnzen over een half jaar
Vanwege de snel stijgende brandstofprijzen eerder vorig jaar, verlaagde het Rijk tijdelijk de accijnzen op benzine, diesel en lpg met 21 procent. Die verlaging vervalt deels per 1 juli 2023, waardoor de prijzen dan in principe weer toenemen. De accijnzen zijn tijdens de tweede helft van 2023 nog niet terug op het niveau van vóór de accijnsverlaging, omdat de overheid ook dan nog hoge olieprijzen verwacht.

Hogere onbelaste reiskostenvergoeding
Er is na al deze punten die autorijden duurder maken, een verzachtende verandering: vanaf 1 januari is de reiskostenvergoeding van 19 naar 21 cent onbelast per kilometer gegaan. In 2024 neemt het bedrag eveneens toe, van 21 naar 22 cent.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant