Afbeelding

Column De Buitenstaander: Humorror

Opinie Aalten Dinxperlo

De allermeesten van ons zijn wel ergens bang voor. Daar moet je iets mee doen, ben ik geneigd te denken. De angst in zijn bek spugen.
Wanneer spinnen je hartslag opfokken, helpt het om posters van spinnen op je kamertje te hangen. Een confrontatie-techniekje. Ik heb een Engelse kameraad, George, en die was vroeger voor álles bang, en ook als de dood voor de dood. Tegenwoordig is hij begrafenisondernemer en zorgt ervoor dat overledenen er mooi bij liggen. George houdt zelfs van zombiefilms en hij vertelde me laatst iets dat ik, op zijn zachts gezegd, nogal dolkomisch vond, me terdege realiserend dat dat voor een ander wellicht ongepast klinkt: ‘Weet je,’ zei hij, ’wat ik momenteel doe met mensen waarvan ik weet dat ze in een graf zullen gaan rusten? Ik strik de veters van hun schoenen aan elkaar vast, zodat, mocht er ooit een zombie-Apocalyps komen, we wat te lachen hebben aangezien die hele buts dan aan één stuk door struikelt.’ Terwijl hij me dit gierend van het lachen vertelde, biggelden de tranen in dikke druppels over zijn appelwangen. Daarop vertelde ik hem dat ik eens het zusje van een oude vriendin uit Dracula had voorgelezen, en dat het arme schaapje daarna de hele nacht niet meer fatsoenlijk geslapen had. Hij counterde er dik overheen toen hij grapte kinderen uit The Excorcist te hebben voorgelezen. ‘Dat meen je niet!? Dat is ook zo’n gruwelijk geweldige film he!’ ‘Klopt,’ antwoorde hij, ‘maar dat boek is nog veel bruter. Nee, ik heb dat niet écht voorgelezen hoor haha. Trouwens, mijn pa heeft daar ooit nog wel eens een monumentale grap mee uitgehaald, toen hij in Londen op een kantoor van verzekeringsfirma Lloyds werkte. Daar kwam toen op een dag een externe kracht werken, een financiële controller of zoiets. Tijdens een pauze begon hij met pa een gesprekje: ‘Lees jij?’ vroeg hij aan pa. ‘Ja,’ antwoorde die. ‘Hoezo?’ ‘Nou, ik ben nú iets aan het lezen! Een ijzingwekkend boek. The Exorcist heet het.’ Hij liet het boek aan pa zien; ‘Soms denk ik,’ ging hij verder, ‘Ik trek het niet meer. Er zit een afschuwelijk enge demon in.’ Mijn pa is voor de duvel niet bang, dus die was niet onder de indruk. Hij vond het eerder geestig. Die man vertelde mijn pa elke volgende dag weer, wat er nu weer voor verschrikkelijks was gebeurd in dat boek, en op een dag zei hij: ‘ik lees niet meer verder. Het is me te horribel. Ik gooi het weg.’ Mijn pa zag dat de angst authentiek was, de man had écht een lijkwit gezicht. De andere dag, vrijdags, kwam hij weer naar mijn pa toe, en zei: ‘Ik heb het gewoon weg gegooid hoor.’ ‘Wat? Dat boek?’ ‘Ja.’ ‘Ben je opgelucht?’ ‘Weet ik niet.’ ‘Waar is het?’ ‘Het ligt op de bodem van de Thames. Ik heb het van de brug geflikkerd.’ ‘Serieus?’ ‘Ja, ik sliep niet meer.’
Op zaterdagmiddag ging mijn pa naar de boekhandel en kocht een kopie van The Exorcist. ’s Maandags nam hij het mee naar zijn werk, liet het een paar minuten onder een lopende kraan liggen, en legde het boek daarna drijfnat in de lade van het bureau van de man, waar het een kwartiertje later gevonden werd.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant