‘Ze noemen mij ook weleens de vrouwelijke Freek Vonk’

ACHTERHOEK - In Veur de Draod beantwoorden Bekende Achterhoekers stellingen. Wie antwoordt legt zijn ziel bloot. Vandaag Nicky Pellen (19), de inzending vanuit het Achterhoekse Lochem voor de Miss Beauty of Gelderland.

Door André Valkeman

1) Mijn mentale bui is:
“Energiek en licht gespannen. Met alle deelnemers van de Miss Beauty of Gelderland-verkiezing gaan we zwemmen, als laatste uitje voor de finale. Vrijdag is die finale in de Hanzehof Zutphen.’’

2) Ik lijk het meest op ‘mien va/mo’:
“De buitenkant heb ik van mijn moeder. Onze neus, niet groot, niet klein. De haren en lippen en het postuur. De binnenkant is mijn vader. Allebei eigenwijs je eigen route kiezen. Ook al wijkt-ie af van het gemiddelde.”

3) Dit is mijn grootste angst:
“Heb ik niet echt. Ik heb oog in oog met tijgers gestaan, giftige slangen moeten verzorgen en vasthouden. Maar nooit was ik angstig. Ze noemen mij ook weleens de vrouwelijke Freek Vonk.

Het eigenwijze waar ik het in de vorige vraag over had gaat ook hierover. Ik besloot dat mijn kleine meisjesdroom geen meisjesdroom moest blijven maar werkelijkheid zou worden. Ik droomde ervan de dieren te verzorgen in een dierenpark of dierentuin. Daarom volg ik nu de opleiding Bedrijfsleider Wildlife. Een vrij nieuwe en geen doorsnee opleiding waar je exotische dieren leert opvoeden. Ik hoop straks in een dierentuin te werken.’’

4) Na de dood is er:
“Ik heb geen idee en ik zit in een levensfase dat ik er niet zo mee bezig ben. We zien het wel. Ik vermoed dat je geest zal blijven bestaan.’’

5) Mensen met accent zijn:
“Mensen die niet hoeven te veranderen. Dialectsprekers hebben weleens dat gevoel. Vroeger was de wereld kleiner. Voor de Achterhoek was Nunspeet al ver. Mijn opa en oma konden zich met hun dialect een leven lang prima redden, abn was niet nodig.

Bij de generatie van mijn ouders merk je dat Nederland groter werd, afstanden tussen streken en steden werden door snelwegen korter. Dialecten kwamen meer met elkaar in contact. Toen ontstond de gedachte voor één taal: abn. Dialecten? Afleren!

Deze tijd straalt gelukkig tweetaligheid uit. Abn en je dialect, het kan allebei ontdekken we. Ik zie het aan leeftijdsgenoten, abn op school en in de keet lekker plat praten.

Zelf heb ik geen accent, denk ik. Heb ik een lichte ‘r’...? Oeps, ja, dat klopt wel. Mijn moeder groeide op in Leiden. Die ‘r’ heb ik een beetje van haar overgenomen.’’

6) Hierom huilde ik het voor het laatst:
“Ik ben best gevoelig, dus ik huil best regelmatig om kleine dingen. Om mijn kat huilde ik voor het laatst. Drie maanden geleden aangereden en ondertussen twee keer geopereerd. Mijn kat is echt mijn beste vriendje. Nu moet ik haar al drie maanden in een bench (uitrustkooitje voor zieke dieren, red.) zien met een kap op. Hier moet ik soms wel om huilen.’’

7) Ik kan buiten de Achterhoek wonen:
“Moeilijk. Misschien moet het later voor mijn werk, in de Achterhoek zijn geen dierenparken. Als ik ooit wegga, keer ik altijd weer terug. In de Achterhoek heerst rust en hoeft niet alles in de hoogste versnelling. Dat heb je in de Randstad wel.”

8) De mens is monogaam:
“Ik ken het dierenrijk goed en daar bestaan monogame dieren. De mens kan veel. Ook monogaam zijn. Dat wil en ben ik ook. Als mensen meerdere relaties tegelijk willen, prima, van mij heb je geen last. Maar schend geen afspraken. Puur hypothetisch, want het is nog nooit gebeurd: maar mocht een vriend van een goede vriendin vreemdgaan, terwijl hun afspraak monogaam is... Ja, dan vertel ik dat aan mijn vriendin.’’

9) Mensen zijn mooi of lelijk:
“Iemand aantrekkelijk vinden gaat over de buitenkant maar ook erg de binnenkant. De buitenkant kan ervoor zorgen dat je met iemand contact wil, maar ik ben het vaakst op jongens gevallen die mij in uiterlijk niet direct opvielen, toen ik ze vervolgens sprak viel ik voor wat ze zeiden en dachten. Het innerlijk dus. Het innerlijk is voor mij het belangrijkste.

Daarbij denk ik dat ieder mens in het uiterlijk wel mooie kenmerken kan hebben. En de één heeft meer mooiere kenmerken, de ander wat minder. Maar geen mens is compleet en totaal foeilelijk.’’

10) Dit komt er op mijn grafsteen:
“Hopelijk duurt het nog even. Als het zover is wil ik gecremeerd worden. Voor jaren onder de grond liggen vind ik griezelig.

‘Leef je leven’, zoiets zou wel op een grafsteen mogen. Je leeft maar heel kort en maar een enkele keer, luister niet te veel naar anderen en vooral veel naar jezelf.”