Van links naar re Wilfried Spijkers, Catharine van Nijkerken, Elly Halleriet, Karin Luttikhold en Jan Willekes, medewerkers van het eerste uur. Foto: Clemens Bielen

Van links naar re Wilfried Spijkers, Catharine van Nijkerken, Elly Halleriet, Karin Luttikhold en Jan Willekes, medewerkers van het eerste uur. Foto: Clemens Bielen

Hoera, Streekziekenhuis Koningin Beatrix bestaat 40 jaar

Zorg

Een terugblik met medewerkers van het eerste uur

WINTERSWIJK - Het had niet veel gescheeld of het streekziekenhuis (SKB) had deze mijlpaal niet gehaald. Dankzij het driemanschap van de Stichting Behoud van het SKB, steun van de gemeente, de bevolking en het bedrijfsleven kreeg de bestuurlijke fusie met het Slingeland Ziekenhuis geen vervolg in een juridische fusie. Het SKB bleef zelfstandig. Veertig jaar geleden was het andersom. Het SKB ontstond juist uit een fusie en die verliep ook niet zonder slag of stoot. Vaak lopen fusies stuk op een verschil in cultuur tussen de verschillende partijen. In het geval van het SKB verliep de verstrengeling vrij soepel. Het ziekenhuis scoort hoog op de tevredenheidsladder en dat geldt ook voor het personeel zelf. Vijf mensen die al vanaf het begin in het SKB werken vertellen erover.

Door Clemens Bielen

Jan Willekes kwam vanuit het Algemeen Ziekenhuis (AZ) in februari 1984 naar het SKB. Hij begon op de interne oncologie A0(A nul), meteen met een late dienst. De afdeling is altijd zijn passie gebleven. “Wij komen met de oude AO-groep nog steeds jaarlijks bij elkaar bij de chinees om oude herinneringen op te halen. Zijn praktische opleiding kreeg hij bij de nonnen in het St. Elisabeth Ziekenhuis. Willekes: “Er zaten hele aardige nonnen bij, maar je had er ook een paar bij” …. het instemmend gelach bij zijn opmerking sprak boekdelen.
Jan Willekes is al 36 jaar actief bij Personeelsvereniging Vitalis. Eind van het jaar gaat hij met pensioen, maar hij blijft ook daarna aan het bed: Met zijn gitaar als Bedside Busker.

Naar aanleiding van de nonnen merkt transferverpleegkundige Wilfried Spijkers op, dat bij de nonnen orde en netheid hoog in het vaandel stonden: “Alles kaarsrecht in de kasten en als je dan bij het AZ kwam, dacht je ‘oh, wat is hier aan de hand? Maar de sfeer was verder hetzelfde.” Wilfried heeft in de loop der jaren zeer veel diverse functies gehad, van verpleegkundige tot manager en daartussenin.
Hij begon in Lichtenvoorde, dat zich al snel neerlegde bij de fusie. Het personeel werd verdeeld over Groenlo en Winterswijk. Op verpleegkundig niveau verliep de samensmelting vrij soepel. Wilfried: “Vroeger ging de directeur van een ziekenhuis veel langer mee, dan nu. Er is überhaupt veel veranderd. In die tijd kende het personeel de directeur en de directeur kende het personeel.

De overgang van papier naar digitaal was een omslag. De hoofdzuster liep de visites met de artsen, terwijl nu de behandelend verpleegkundige mee loopt. De overgang naar rookvrij was voor sommigen ook een opgave. Er werd nog wel eens een sigaret gerookt bij een open raam.”
En dan wijst Wilfried op de dames. “Kijk nieuwe uniformen, vroeger liepen ze in jurkjes.”

Met ziekenhuisbedden door de straten van Groenlo
In Groenlo verliep de aanloop naar de fusie aanzienlijk stroever. Er werd flink strijd gevoerd. Elly Halleriet kan ervan meepraten. “Zij was in opleiding in 1979. Elke opleidingsgroep had een naam. Onze groep heette ‘Fusion’. Het was een opstapje naar de toekomst. Maar dat ging niet zonder slag of stoot. Zij kan zich nog goed herinneren dat ze met ziekenhuisbedden en spandoeken door de stad gingen om te protesteren tegen de voorgenomen fusie. Onze voorkeur ging uit naar een locatie in Groenlo of eventueel Lievelde.
Ook na de fusie liep het met name op specialistenniveau niet direct op rolletjes. Halleriet: “Ik weet nog dat op de kraamafdeling ieder zijn eigen echoapparaat en CTG meenam.” (Cardiotocogram meet hartslag van de ongeboren baby, CB). Daar moest wel veel water door de Rijn om dat glad te strijken.”
Elly Halleriet werkte het eerste jaar van het SKB in de buitenpoli in Groenlo. Daarna kwam ze op de spoedeisende hulp, waar ze nu nog steeds met veel plezier werkt.

Ook Karin Luttikhold zat in de opleidingsgroep ‘Fusion’. Ze werkt op de neurologie en in december is ze 45 jaar in dienst. Ze heeft heel wat neurologen voorbij zien komen. “Tijdens de verhuizing naar het SKB gingen wij mee in de verhuiswagen met de ziekenhuisbedden met patiënten.”
Ze heeft de speldjes nog van het AZ en EZ.

‘Bijzondere’ Eerste patiënt op de SEH
De ‘allereerste’ patiënt bij de spoedeisende hulp, kwam uit eigen gelederen. Directeur Ben Groothuis had bij de verhuizing de laadklep van de vrachtauto op zijn teen gekregen. Hoe het precies is afgelopen. is het gezelschap niet bekend, maar er werd in Groenlo wel even stiekem om gegniffeld, weet Elly te vertellen.
De naam van directeur Groothuis valt regelmatig, zijn vrouw beheerde de apotheek.
Catharine van Nijkerken, nu teammanager Apotheek, werd nog door mevrouw Groothuis aangenomen. Dat vond ze wel bijzonder. “We werkten voor twee ziekenhuizen (AZ en EZ). We fietsten door weer en wind hele dagen op en neer met witte bakken met medicatie achter op de bagagedrager. Catharine is er 16 jaar uit geweest, maar is nu weer op het oude nest. ‘Heintje Davids’, zegt ze zelf. (Deze artieste uit de oude doos nam elke keer afscheid om daarna toch weer terug te keren, CB).

Gebitten passen
Niet alleen de medicijnen werden heen en weer vervoerd. Ter ontgroening werd er soms een leerling op pad gestuurd om een ‘steriele anuskurk’ op te halen.
Karin Luttikhold weet zich nog te herinneren dat ze voor de medicatie metalen potjes gebruikten, die dan afgewassen moesten worden.
Wat ook afgewassen en gepoetst moest worden, waren de gebitten. Het verhaal gaat dat een collega had bedacht, dat het poetsen van de gebitten sneller zou gaan als ze allemaal in één bak werden schoongemaakt. Dat viel nog te bezien, want daarna was het passen en meten om het juiste gebit bij de bijbehorende mond te vinden!

Op weg naar 50 jaar
Op de vraag of er in de loop van de jaren veel veranderd is, wordt instemmend geknikt.
De zorg is in die al jaren telkens verbeterd. Er is veel aandacht voor kwaliteit en veilige zorg. Maar ook hoe we samen met de wijkverpleegkundige thuis zorg kunnen bieden. De samenwerking tussen de artsen, verpleegkundigen en andere medewerkers is sterk verbeterd. Er is een gevoel van trots voor het ziekenhuis én het vertrouwen dat het SKB een stevige basis in de Oost-Achterhoek heeft.

De korte lijnen, dat is de kracht van een kleinschalig ziekenhuis. Het ziekteverzuim is erg laag en er is weinig verloop.
“We gaan met goede hoop de toekomst tegemoet”.

De speldjes nog van het AZ en EZ

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant