Afbeelding

Haarscherp

Oerend Smart

“Ieder mens heeft wel van die haarscherpe herinneringen aan momenten waarop eigenlijk niets bijzonders gebeurde.”

De rozen van de zomer zijn verwelkt, maar in de herfst staan alsnog de bladeren in bloei, net zo rood. Laat in de middag veegde ik afgevallen wilgenblaadjes met een bezem bijeen. Het ene vertoonde nog artistiekere kleurpatronen dan het andere, geen twee dezelfde – een waardevolle postzegelverzameling is er niets bij. Toch dumpte ik ze, schijnbaar achteloos, in de groencontainer. Blaadjes bewaren, daar is geen beginnen aan. In strijd ook met de natuurlijke gang van zaken. Herfstblaadjes zijn op aarde met dit doel: veranderen in humus. Daarbij geholpen door andere organismen, zoals regenwormen: sommige regenwormsoorten zijn in staat de blaadjes met hun mond de bodem in te trekken. Ze tasten ernaar zoals giraffen, maar dan ondergronds.

Het is niet onaangenaam je verbeelding in gang te zetten terwijl je lichte werkzaamheden in de buitenlucht verricht. Op adem komen, gesteund door de frisse atmosfeer. In de tuin zong een roodborst, in het park zeker vier. De Nederlandse roodborsten hebben gezelschap gekregen van Scandinavische soortgenoten, samen gaan ze de wintermaanden in. Iedereen laat even horen dat hij of zij van de partij is.

Terwijl ik aan het vegen en het ademen was, vormde zich in mijn hoofd al een beetje het artikel dat ik mag schrijven voor het tijdschrift Oer, een initiatief van Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers. Het gaat over de vorig jaar overleden schrijver Christiaan te Winkel; zijn novelle De grasbaan kwam ter sprake in de boekenrubriek in deze krant. Ik was op bezoek geweest bij zijn weduwe in Vorden. Ze had me verteld over zijn baan als onderwijzer en zijn schrijversbestaan daarnaast. Hij was de vrolijke meester met de gitaar enerzijds en de bedenker van sombere verhalen anderzijds. Heb hem nooit horen zingen of spelen, alleen gelezen. Hij weet je met zijn schrijfstijl te boeien: ongepolijst, maar toch nauwkeurig - haarscherp -, alles in zich opnemend. Ik begreep dat hij samen met een collega-onderwijzer jarenlang actief was bij het bosonderhoud op landgoed Den Bramel. En dat die twee elkaar daarbij verhalen vertelden die steeds fantasievoller werden. Net als de verhalen die hij thuis opschreef.

Schrijven kan een kwelling zijn: hoe krijg je alle benodigde ingrediënten het verhaal in? Het is als het rangschikken van herfstblaadjes. Het onderwijzerschap viel hem ook niet altijd even makkelijk. Dus goed om dat alles even te laten bezinken in de natuur, de gedachten te bevrijden uit de ommuring. Er duiken dan vaak nog weer extra ingrediënten op, die je al dan niet inpast in het verhaal. Bijvoorbeeld giraffen.

Wat was er eigenlijk allemaal gebeurd? Heel weinig. Ik had wat blaadjes bijeengeveegd. Mijn vriendin informeerde hoe het ging, daarna aten we een tussendoortje. Ik opende mijn laptop om een nieuwe Oerend Smart in te tikken. De roodborst kwinkeleerde door, maar de giraffen waren in geen velden of wegen te bekennen. Opeens zat het in mijn hoofd: het citaat van Christiaan te Winkel, boven aan deze column. Het was een onvergetelijke namiddag.

In de columns van journalist Sander Grootendorst staan mens en natuur centraal