Iwan van Duren. Foto: eigen foto
Iwan van Duren. Foto: eigen foto

‘Ik heb me wat dingen uitgespookt’

Veur de Draod

ACHTERHOEK - In Veur de Draod beantwoorden Bekende Achterhoekers stellingen. Wie antwoordt legt zijn ziel bloot. Vandaag Iwan van Duren (56), ex-Voetbal International-journalist en tv-gezicht van voetbaltalkshows. Hij groeide op in Lintelo.

Door André Valkeman

1) Mijn mentale bui is:
“Fantastisch. De zon schijnt, het is zaterdag, ik zit met mijn zoon bij de kapper en we worden allebei zo geknipt. Ik ben in de stad Nijmegen.

Ik voel mij totaal bevoorrecht dat ik in dit land leef, mijn kind gezond is, enzovoorts. Ik wil alleen nog maar dingen doen die ik leuk vind, dat lukt. Boeken schrijven over Feyenoord, zoals 101 dingen die je weten moet over Feyenoord. Nu schrijf ik een boek over Terschelling. En vooral, boven alles, wil ik een goed vader zijn. Dat gebeurt vandaag.”

2) Ik lijk het meest op ‘mien va/mo’:
“Dat flegmatieke in karakter is mijn moeder. De liefde voor sport mijn vader. Het opstandige, het je willen keren tegen iets, ook. Ik was vroeger een punker, iemand die kraakte, iemand die de barricaden opging. Ik heb me wat dingen uitgespookt…

Tsja, het uiterlijk… Nou, in mijn ogen ben ik mijn vader en de rest vooral mijn moeder. Dat verwarde haar, het verstrooide en altijd de lach op mijn gezicht. Mijn ouders hebben mij ook een goed gestel meegegeven. Ik sta fier overeind, na jaren roken en drinken.”

3) Mijn grootste angst in het leven is:
“Opgesloten zitten en er niet meer uit kunnen. Claustrofobie dus. Als er geen ruimte in die gangetjes bij Ikea is heb ik het, of in vliegtuigen bijvoorbeeld. Bij Voetbal International heb ik mij wel in bochten gewrongen, in het begin. Hoofdredacteur Johan Derksen stuurde mij naar Monaco, Supercup, Feyenoord-Real Madrid. Hij had de tickets klaarliggen, vliegen was sneller. Maar dan ging ik toch stiekem met de auto.”

4) Na de dood is er:
“Niets. Geest, lichaam, ziel? Ashes to ashes. As tot as. We vergaan en komen niet meer terug. Is het dan zinloos? Nee juist niet. Dat het eenmalig is máákt het zinvol. Want wat is de zin op aarde als alles hierna pas komt of gaat gebeuren.”

5) Als je niets kunt, kun je altijd nog voetbaljournalist worden:
“Honderd procent waar. Ik vind beroepen leuk waar je geen diploma voor hoeft te hebben, die zijn ongerijmd, vrij. Sportjournalist is heel hard werken en dan komt het vanzelf. Je volgt voetballers, vrije figuren, daar geniet ik van.

Ik ben een zachte jongen en het is wel een harde wereld. Een verzamelplaats van allemaal jongens die een keertje bleven zitten en daarom de grootste waren in de klas. Die gasten met de grootste brommer en de leukste meisjes.

Een masculiene streetwise wereld, van weinig complimenten en alles recht voor de raap. Toch heeft iedereen die hard is, een klein hartje. Iedereen is mens. Johan Derksen is daar het beste voorbeeld van. Hij kon keihard oordelen bij VI, maar je ook als je een privéprobleem had een week vrij geven: ‘je hebt je kop niet naar werk staan, los het op en kom fris terug mijn jongen!’.”

6) Ik kan buiten de Achterhoek wonen:
“Ik kan zonder. Want Nijmegen, mijn tweede woonplaats, is voor mij soms Achterhoek. Iedereen uit de Achterhoek die wil studeren verhuist erheen en drinkt hier vrolijk verder. Ik ga graag terug, dat wel.

Dan zie ik: zelfs vergeleken met de buren is de Achterhoek heel eigen. Drenten zijn bijvoorbeeld geslotener. Tukkers iets assertiever, zakelijker. Achterhoekers heel bescheiden.

Laat een Randstedeling, Tukker en Achterhoeker tegelijk een slagerij inlopen, dan zijn wij als derde aan de beurt en is misschien alles op. Maar was iedereen maar als de nummer drie, denk ik dan. In Nederland wordt assertiviteit je met de paplepel ingegoten. De Achterhoeker ontliep die paplepel. Dat maakt hem prachtig, ik houd van achteroplopers.”

7) Mensen met een accent:
“Geven direct het gemoed van hun streek weer. In Amsterdam zeggen ze bij een frietzaak: wat mot je! Dat gehaaste zit in de taal. Limburgers zingen en leven ook zwierig. De Achterhoeker praat zacht, afwachtend en zegt: dach-ie dat?”

8) De mens is monogaam:
“Als een beroepsgroep dat ontkracht zijn het profvoetballers. Maar ze doen hun best, als iedere man en mens. Of ik mij houd aan monogamie? Het is in een relatie weleens een gespreksonderwerp. Laat ik het zo zeggen.”

9) Toen werd ik beduveld:
“Ooit na de wedstrijd Mechelen-Ajax zag ik dat een supporter compleet in elkaar werd gebeukt op straat. Ik gaf hem zijn schoen terug en vroeg hoe het ging. De Franse politie pakte mij vervolgens als dader op, met een enkeltje cel. Toen ik verklaarde dat ik de man hielp, kwam ik eindelijk vrij. Maar al mijn geld hadden die agenten uit mijn portemonnee gestolen. En bedankt.”

10) Dit komt op mijn steen:
“Hier ligt een dankbare jongen, man van Masha en vader van Pax.”